Hij werd geboren den 30 juni, in de zomermaand van het jaar 1921 en was de Benjamin van ons allen, daar wij thuis met negenen waren. Als kind zijnde was hij al het zonnetje van iedereen. Na eerst zij zeven schooljaren doorloopen te hebben van het jaar 1928 tot 1935 ging hij over naar de Handelsdag- en avondschool en was daar volgens zijn leeraren een goed oplettend leerling. Dat bewijzen zijn diploma's wel welke hij heeft weten te behalen van 1936 tot 1942. Intusschen solliciteerde hij in het jaar 1939 op een kantoor nl. de Rotterdamsche Bank en werd daar op 1 juni als jongste bediende aangenomen. Na drie maanden promotie gemaakt te hebben werd hij assistent-boekhouder. Toen na acht maanden kwam hij te staan voor de wisselafdeeling en in januari 1942 werd hij geplaatst voor de couponafdeeling. Hij was dan ook een goede kracht voor zijn patroon en een hartelijke vriend voor zijn collega's. Totdat hij werd opgeroepen voor de arbeidsinzet naar Duitschland den 6en juli van het jaar 1943. Na eerst acht maanden Komanweiler geweest te zijn, waar hij veel vrienden heeft opgedaan, vooral door zijn goed voorbeeld als R.K. zijnde, werd hij overgeplaatst naar Maseau voor enkele maanden om daarna weer getransporteerd te worden naar Esslingen. Ondanks zijn beproefd lot, ontberingen en tot drie maal toe in het ziekenhuis gelegen te hebben, bleef hij hartelijk en opgewekt voor zijn medevrienden in den vreemde en hielp tevens veel van hen staande te blijven in het katholieke geloof. In het jaar 1943, einde maart, werden zij opgedreven in de richting van Ellwangen. Daar is hij dan ook op een zondagmorgen den 22sten april 1943, ongeveer 10 uur, door een noodlottig schot om het leven gekomen. Ziehier de korte levensloop van mijn jongste broer. w/g Tiny Schuurmans, 9 februari 1948 |
René Kok, 'Wegens bijzondere omstandigheden...' : 's-Hertogenbosch in bezettingstijd 1940-1944 (2008) 378-379
Jos van Rooij, 1940 Muntel - Vliert 1945 : Een Bossche wijk in de oorlogsjaren (1995) 54